OutSystems wordt door het onderzoeksbureau Gartner al tijden in de top van low-code ontwikkelplatformen geplaatst. De belofte van deze platformen is simpel: als klant krijg je de applicatie die je wilt in een relatief korte tijd. Dat klinkt (en is) fantastisch, maar waarom zien we in de praktijk een verschil tussen wat men verwacht en wat men krijgt uit een low-code ontwikkeltraject?

‘Je bouwt toch gewoon even een appje?’, horen we vaak als we de term low-code laten vallen. In zekere zin is het mogelijk. De ontwikkelsnelheid met OutSystems is significant hoger dan dat van traditionele ontwikkelmethodes. Echter, als je gewoon even een appje bouwt met OutSystems, dan wordt een groot gedeelte van de kracht van het platform niet benut. OutSystems heeft hoge capaciteiten en is goed in te zetten voor enterprise-brede uitdagingen. Maar bepaalde onderdelen van de implementatie van OutSystems mag je niet afraffelen: voordat we met low-code blokken gaan schuiven, moeten we weten hoe en wat een organisatie nodig heeft. Wij hebben eigenhandig gezien hoe deze planning essentieel is om de realisatie spoedig te laten verlopen.

Eerst een stapje terug: wat is low-code en waar komt de snelheid vandaan? Low-code systemen gebruiken voorgeprogrammeerde blokken (libraries) om een applicatie te bouwen. Zo wordt de basis voor jouw digitale oplossing snel gemaakt. Vervolgens ga je het programma in detail toespitsen, zodat de best passende applicatie opgeleverd wordt. Low-code brengt snelheid en maatwerk echt samen.

Wanneer een organisatie ervoor kiest met OutSystems te werken, dan zien we in de praktijk dat de volgende drie zaken essentieel zijn voor een succesvolle implementatie.

Een applicatie bouwen met OutSystems is goed te vergelijken met het bouwen van een huis. Je hebt bouwblokken/libraries die eenvoudig koppelen en je hebt in een mum van tijd al iets. Alleen is de architectuur die het fundament vormt moeilijk aan te passen zodra je eenmaal een applicatie hebt gebouwd. Zo kun je bijvoorbeeld snel wat muren opzetten voor een huis, maar als je er halverwege achter komt dat het fundament niet klopt, moet je weer helemaal opnieuw beginnen.

Hoe werkt dit in de praktijk? Een kort voorbeeld: een online winkel denkt precies te weten hoe ze hun producten willen categoriseren en stellen een architectuur op waarin al de categorieën vaststaan. Alleen een paar weken na oplevering blijkt dat deze categorisering dynamisch moet worden; een beheerder moet het kunnen aanpassen. Niet alleen de applicatie moet nu aangepast worden, maar ineens staat ook je architectuur op losse schroeven. Hoe later dit soort veranderingen doorgevoerd moeten worden, hoe hoger de potentiële impact is.

Dus, zorg ervoor dat je weet hoe hoog het huis gaat worden, wie er gaat wonen en wat ze gaan doen in dat huis, zodat je niet later nog met een sloopkogel door de muren van je applicatielandschap heen moet.

Een goede organisatie is het halve werk. Een centraal coördinatiepunt is erg nuttig om aan te sturen en informatie te verzamelen. Voor Incentro is dit het Center of Excellence (COE) en daarmee één van de succesfactoren van een succesvolle OutSystems-implementatie.

Hierin wordt het volgende verzameld:

  • Een brede roadmap voor implementatie;

  • Technische randvoorwaarden en standaarden om de realisatie vlekkeloos te laten verlopen;

  • De modulaire bouwblokken, die je vaker kunt gebruiken in het maken van de roadmap, en hoe deze gebruikt kunnen worden.

Vanuit het COE is het managen, ontwikkelen en uitvoeren een continu proces waarbij alle teamleden betrokken zijn. Iedereen heeft zijn eigen vakgebied en dit wordt optimaal benut. Het resultaat? Bouwblokken, van algemene functies tot complete applicaties, staan tot de beschikking van je organisatie. Goede documentatie zorgt ervoor dat hiermee een vliegende start wordt gemaakt en gecentraliseerd beheer voorkomt dat er in je applicatielandschap meerdere versies ontstaan.

Digitaliseren heeft vaak een grote impact op een organisatie: het werk van mensen verandert, routines worden uit het raam gegooid en in het slechtste geval verdwijnen er zelfs banen omdat ‘we met z’n allen efficiënter zijn gaan werken’. Dit betekent dat het bedrijf ook klaar moet zijn voor deze veranderingen. En een stevig team (stuurgroep) draagt hier veel aan bij.

De groep bouwers heeft steun nodig, het liefst vanuit de top van de organisatie. Als deze mensen het belang hiervan niet inzien, is dat een grote uitdaging. In de stuurgroep heb je nodig: beslissers op strategisch niveau, een programmamanager voor de uitvoering van het programma, en product owners voor een goede koppeling tussen het bedrijf en de te bouwen digitale oplossing. Om het project soepel te laten verlopen, zullen deze drie een aantal zaken goed moeten aanpakken.

Beslissers op strategisch niveau
De stuurgroep zorgt ervoor dat de het project aansluit op alle doelen van de organisatie in het algemeen. ‘Waar ligt de synergie?’, ‘hoe kan men het meeste uit dit project halen?’ en ‘hoe sluit het aan op onze overige innovaties?’ zijn vragen die beantwoord moeten worden. Natuurlijk houdt een stuurgroep altijd een oogje in het zeil zodat deze doelen daadwerkelijk behaald worden.

Programmamanager
De programmamanager is verantwoordelijk voor de uitvoering van het project. Dit betekent dat hij de roadmap uitrolt, het Center of Excellence implementeert en de product owners helpt waar mogelijk. Hij weet wat hij wil en weet alle vragen te beantwoorden.

Product owner
Een goede product owner is geïnformeerd en geaccepteerd binnen de organisatie. Hij weet alle ins and outs van het bedrijf. Hij is de ambassadeur van het project en maakt keuzes ten behoeve van de eindgebruiker.

Incentro is een eigenzinnig bedrijf, tegendraads en een beetje brutaal. Wij kleuren niet altijd binnen de lijntjes. Zo weten wij opdrachtgevers te verrassen. Op deze manier gaan wij verder dan waar het contract eindigt en kunnen wij echt impact maken.

Het Incentro OutSystems-team levert dan ook geen handjes. Wij zetten een team neer dat een probleem oplost. Teams bestaan uit ontwikkelaars, business analisten en scrummasters. Specialisten die elkaar kennen, zijn ingespeeld en elkaar vertrouwen. Op deze manier verkorten wij het inwerktraject en kunnen we sneller de kern van het vraagstuk doorgronden. Wij durven nee te zeggen en keuzes van de business te challengen.

Waar wij ook komen voegen we kwaliteit als belangrijkste waarde toe. Bedrijven realiseren zich steeds meer dat goede systemen en applicaties echte business value hebben. Organisaties vragen ons dan ook steeds vaker mee te denken en te schetsen hoe omgevingen eruit kunnen zien.

Dus, vertel ons over je huis, wie er gaat wonen en wat ze er gaan doen. Maar we zijn niet een stelletje ja-knikkers: heilige huisjes hebben we namelijk niks mee.

Met de juiste mensen op deze rollen heb je een vliegende start van het project! Wil je dat Incentro komt helpen om de fundering te leggen en het perfecte team samen te stellen? Wacht niet en neem contact met ons op!